Een tijdje geleden schreef ik al hoe we het onszelf ongelooflijk moeilijk maken met ons geloof in uitspraken die geen grond in de realiteit hebben. En we doen hetzelfde met onze pogingen om allerlei opdrachten uit te voeren die helemaal niet uitgevoerd kunnen worden.
In het praten over relaties is dat ook zo duidelijk. Zo hoor je wel eens zeggen: ‘er is niets meer tussen ons’ of ‘er staat iets tussen ons in’ of ‘het gaat mis tussen ons’. Persoonlijk krijg ik dan een beeld van twee mensen die zich elkaars partner noemen, die een metertje of anderhalf van elkaar af staan (zoals nu het algemene advies luidt) en naar de ruimte daartussenin staren en vervolgens constateren dat daar ‘niets’ is. Of ‘iets’ staat. Er gaat daar ‘iets’ niet, of er gaat daar ‘iets mis’. Of één van de twee staart naar die tussenruimte en constateert een variant op bovengenoemde dingen, terwijl de ander niets ziet of gewoon niet kijkt. Interessant. Waar kijken we naar?
Wie nieuwsgierig wordt na een dergelijke uitspraak over relaties, zou een vraag kunnen stellen in de trant van: “WAT gaat er mis of staat er tussen jullie in?” En ik garandeer je één ding: wat je dan hoort (goed luisteren!), is een onzekere gedachte cq. de beschrijving van een onzeker gevoel. Dat is waar we in essentie naar staren en wat we ervaren. Maar dat realiseren we ons niet. Wat we menen te zien tussen ons en de ander is een relatie, een ongewenste eigenschap of verkeerde daad van de ander; weerstand van onszelf. En de ‘normale’ reactie is daar dan eindeloos over gaan zitten bomen. Over een in essentie niet bestaand probleem. Terwijl we feitelijk, dwars door die ruimte heen, elkaar fris zouden kunnen ontmoeten in elk moment. Écht naar elkaar kijken, in plaats van naar de verzonnen verhalen en concepten in de ruimte (met het daaraan vast zittende geklets in de ruimte :-))
Er valt altijd maar één ding te zien: wat we waarnemen ’tussen ons’ bestaat uit denkmateriaal dat, in combinatie met het bewustzijn, tijdelijk iets ongelooflijk échts lijkend tevoorschijn tovert. Een concept zonder substantie. Een idee.
Kijk maar even met me mee; als je toevallig druk aan het werk bent en helemaal opgaat in wat je op dat moment aan het doen bent; WAAR is dan dat ene wat tussen jou en je partner in lijkt te staan (of zelfs: waar bestaat je partner of relatie dan?). Als je in een diepe, droomloze slaap verkeert; WAAR is dan je relatie en de schijnbaar daaraan gekoppelde problemen? Zodra je verdiept bent in een goed boek of een spannende serie; beleef je dan dat ‘ding’ wat tussen jullie in staat en waar je zo’n last van lijkt te hebben? En zo niet; WAAR is het dan, in die momenten? Sta je open voor de suggestie dat het buiten het conceptuele denken niet eens bestaat?
‘Het wordt niks tussen ons’ is wat mij betreft dan ook altijd een ware uitspraak.
Simpelweg omdat er nooit iets tussen jou en mij kan zijn, buiten een gedachte. En in de afwezigheid van die gedachte is liefde al wat er is (ook in aanwezigheid van zo’n gedachte, trouwens). Niet de liefde tussen jou en mij, maar Liefde als het pure materiaal waar jij en ik van gemaakt zijn, in verschijnen of hoe je dat dan ook maar wilt beschrijven.
Het enige wat dwars kan zitten, is het geloof in de gedachte dat er iets anders is dan dat. En met deze realisatie kunnen we genieten van het schijnbaar samen ZIJN. Of bewegen we ieder in liefde een andere kant op.