“Ik weet niet wat ik voor haar voel”, vertelt hij aangedaan op het moment dat hij haar acht weken kent. Het lijkt een schijnbaar logisch zinnetje. Dat hem in verwarring brengt, maar verder heel onschuldig lijkt. Het klinkt ook als een helder zinnetje; “niet weten wat je voelt”. Maar ik vermoed dat er achter dat korte zinnetje een wereld van concepten en ideeën schuilt die zorgen voor zijn verwarring.
Concepten over wanneer iets een relatie is en wanneer vriendschap, over hoe een beginnende relatie verloopt en wanneer je ‘klaar’ bent met je vorige relatie. Ideeën over dat je elkaar juist wel of juist niet moet missen als je elkaar nog maar net kent, hoe vaak je elkaar moet zien of juist tijd apart moet doorbrengen, wanneer het juiste moment is om elkaars familie en vrienden te leren kennen en in welke mate je al dan niet toekomstmuziek moet of mag horen spelen.
Waarbij hij, als ik hem een beetje goed inschat, misschien ook nog wel het één en ander aan onzekere gedachten ervaart in de trant van “Ik moet het wel zeker weten want als ik haar aan het lijntje houd doe ik haar pijn”, “Ik ben al eerder ergens in gestapt en dat bleek niks maar ik ben er veel te lang mee door gegaan en dat wil ik nu voorkomen” of “Gebruik ik haar stiekem omdat ik niet alleen wil zijn?”.
Zo’n constellatie van concepten, ideeën en gedachten kunnen zomaar tot een gevoel van urgentie leiden waardoor de vraag “wat voel ik voor haar?” NU beantwoord moet worden. Safety first.
‘Zeker weten’ lijkt veiligheid te geven. En oh, wat verlangen we onbewust allemaal naar veiligheid. Die we steeds opnieuw zoeken waar hij niet te vinden is: in de steeds veranderende vorm. In de juiste relatie, het juiste karakter, het juiste gevoel, de juiste hoeveelheid geld, de juiste gedachte, de juiste beslissing, de juiste activiteit of de/het juiste [vul maar in].
Maar daar, in die vorm, is veiligheid nooit te vinden. Omdat de vorm, de realiteit zoals wij hem ervaren, per definitie veranderlijk is. Alles in onze menselijke ervaring is tijdelijk want 100% afhankelijk van het samenspel tussen het Denken en het Bewustzijn. En dat samenspel is een immer stromende energie die in elk moment onze voortdurend wisselende ervaring bepaalt.
In mijn ogen is er maar één zekerheid in dit menselijke bestaan: alles wat we ervaren krijgt vorm vanuit een bron/energie/eenheid die onveranderlijk, constant, perfect en pure liefde is. Die constante is er altijd. In alles, onder alles, voor en achter alles.
Hij, jij en ik… wij zijn als het ware een reflectie die ontstaat vanuit die constante, die pure liefde. Waarmee we dus feitelijk pure liefde zijn die mensje speelt. Met alle twijfels en onzekerheden die dat spel met zich meebrengt. Maar weten dat je niet het twijfelende mensje maar de onpersoonlijke pure liefde daarvóór bent, biedt de grootste (en enige) veiligheid die er is. Safety first, de menselijke ervaring second. 😉
Heel fijn beschreven, die pure kern. Als mensen die pure kern leren kennen en ervaren, doet hun ik er niet meer zoveel toe. En daarmee het verlangen naar zekerheid, naar her juiste doen.
Mooi hè? Dankjewel voor je respons Bas!