Sta jij ook wel eens ‘doodsangsten’ uit? Laatst, toen ik iemand dat woord hoorde uitspreken, realiseerde ik mij ineens dat doodsangst in de letterlijke zin helemaal niet bestaat. Want we zijn niet bang voor de dood. We kunnen niet eens weten wat dood inhoudt. We denken maar wat en zijn vervolgens bang voor onze gedachten. Buiten onze gedachten bestaat de dood niet op het moment dat we zogenaamd doodsangsten uitstaan. En als we eenmaal dood (?) zijn, is er geen lichaam meer om angst mee te ervaren. Goh. Zou het kunnen zijn dat we dus uitsluitend bang zijn voor onze gedachten?
Zo leek één van mijn zussen vroeger ongelooflijk bang, je zou kunnen zeggen dóódsbang, voor muizen. Dacht ze. Als je haar in die tijd voor de (enorm flauwe) grap meldde dat er een muis in de kamer liep, begon haar hart onmiddellijk sneller te kloppen en gilde ze alvast moord en brand. Terwijl er helemaal geen muis was. Haar eigen gedachten deden haar schrikken. Een andere zus, mijn broer en ik zouden op dezelfde mededeling vermoedelijk hebben gereageerd met interesse: “O ja? Waar?” Wij schrokken toevallig niet van de gedachte aan een muis. Waarschijnlijk hadden wij wél eens andere gedachten waar we bang voor waren.
Volgens mij bestaat liefdesverdriet in werkelijkheid ook niet. Liefdesverdriet lijkt mij eenvoudigweg het ervaren van gedachtenenergie die we als verdriet omschrijven en vervolgens ergens aan toeschrijven. Dat geeft op zich niets. Je hoeft absoluut niet op te houden met verdrietig te zijn. Robot worden is geenszins ons streven en hopelijk ook niet het jouwe, nu je toevallig mens bent. Maar het kan best prettig blijken om je op enig moment te realiseren dat je huilt om wat je denkt.
Volgens hetzelfde mechanisme is werkstress ook al een misverstand. Je entertaint stressvolle gedachten met als onderwerp het concept werk. En wat IS werk buiten wat ons conceptuele brein er van maakt? Je hebt geen stress van je werk. Je hebt stress van je gedachten.
En dan: relatieproblemen. Ook dit zijn weer uitsluitend ‘problematische’ gedachten. Die we verbinden aan wat we denken dat een relatie is en in zou moeten houden. We hebben nooit een relatieprobleem. We hebben een denkprobleem en dat is geen probleem.
Ik wil je hiermee niet vertellen dat je al deze gevoelens niet zou moeten of mogen hebben. En ook al niet dat je geen enkel concept meer mag gebruiken (want dat is soms best handig in huis- tuin- en keukenconversaties). Maar Sydney Banks, de Schot die in de 70’er jaren de drie principes ‘onthulde’ als uitleg voor ons menselijke bestaan zei niet voor niets ‘ga voorbij aan je conceptuele brein’. Dat voorkomt dat je eindeloos blijft geloven in, praten over en lijden onder wat we als mensen zoal bedacht hebben. Het ruimt ook, in alle stilte, het misverstand uit de weg dat je iets anders (dood, muis, relatie, werk) kunt voelen dan de gedachte die nu door je systeem gaat.