De laatste tijd intrigeert het me hoe vaak we eigenlijk ‘ik vind….’ zeggen. Over iets of iemand. Over wat dan ook. Mensen, voorwerpen, kleuren, gebeurtenissen, uitspraken, concepten, herinneringen, ervaringen, dieren, gedrag, de natuur; overal kan iets van gevonden worden. Als strandjutters of ‘hoarders’ lopen we soms door het leven allerlei dingen te vinden en vaak ook te verkondigen. Geeft in wezen niets (we hoeven ook hier niets van te vinden, haha), maar er borrelde kennelijk wel dit blogje over op.
‘Wat je vindt mag je houden’ is een bekende uitspraak en ook de titel van een mooi boek (over geweldloze communicatie). Ik zou eerder zeggen: realiseer je dat ‘vinden’, in deze betekenis althans, ook (maar) gewoon een gedachte is. Niets meer en niets minder. Maar we maken wat we vinden, of wat een ander vindt, soms héél belangrijk. We vinden het vinden dus heel belangrijk!
Zij vindt dat ik teveel geld uitgeef. Ik vind mezelf te dik. Wat vind jij hier nu van? Hij vindt het belachelijk dat ik mijn hond zo belangrijk vindt. Ik vind dat jij wat aardiger moet zijn. Tja, dat kan, denk ik dan. Zoekt en gij zult er wat van vinden.
Mensen met meningen zijn we. Vinders. Maar wat er gevonden wordt is dus slechts een gedachte. Een perspectief zou je ook kunnen zeggen. Alles in deze wereld-van-vorm is eigenlijk (voor jou) wat je vindt dat het is. En voor ‘de ander’ is alles in de wereld-van-vorm wat hij of zij vindt dat het is. Van zichzelf is het echter niets, of misschien ‘correcter’ 🙂 : niet iets. Totale neutraliteit. Er zijn gewoon miljarden perspectieven op een van zichzelf lege ruimte (want uiteindelijk is zelfs materie lege ruimte).
Is iets jammer of juist goed? Nou, het is eigenlijk totaal neutraal, totdat jij er iets van vindt. Dan is het natuurlijk nog steeds totaal neutraal, maar voor jou is het dan iets. Voor jou is het dan jammer. Of juist goed. Omdat je dat vindt, denkt, gelooft en dus zo ervaart. Niet omdat het van zichzelf zo is of omdat dit perspectief van zichzelf waar is. En ik hoop niet dat je hoort dat JIJ ‘neutraal’ zou moeten blijven of ‘niets meer mag vinden’ (het begrip van de 3 principes behelst GEEN persoonlijke opdrachten), maar misschien sta je open voor de mogelijkheid dat alles in de aard neutraal is.
Persoonlijk vind ik dat een fijn besef. Hoewel ik van alles vind (dat gaat helemaal vanzelf), weet ik ook dat het er niet toe doet. En is mijn antwoord op de vraag ‘wat vind jij ervan?’ op geen enkele manier relevant. ‘Als je goed kijkt, vind je niks’, aldus Geliefde.
Afbeelding van Gerd Altmann via Pixabay