Na-mijmerend over een gesprek met een lieve vriendin die een ernstige blessure heeft opgelopen en heel mooie inzichten uit dat ‘proces’ haalt, dacht ik: hoewel alles gevoeld wordt in of via het lichaam, wil dat niet zeggen dat daar de pijn ook zit.
De wetenschap* heeft al allerlei aanwijzingen voor het feit dat pijn niet in het lichaam zit, maar in het brein ontstaat en vervolgens in het lichaam gevoeld wordt. Er zijn in dit kader ook veel interessante gegevens zoals fantoompijn; het gegeven dat je pijn of jeuk aan een verdwenen lichaamsdeel hebt. Je brein ‘weet’ dan (nog) niet dat het lichaam die arm of dat been niet meer heeft. Of, bij een ernstig ongeluk, dat de pijn van bijvoorbeeld een diepe wond pas veel later wordt gevoeld. Of, als je buiten bewustzijn bent, dat er dan geen pijn ervaren wordt, al ligt je lichaam helemaal open.
In het kader van de moderne en veelgeloofde theorie dat het lichaam een score bij zou houden van trauma, herinneringen en stressoren (en in respons op alle vragen die wij daarover krijgen), zou ik zeggen dat dit wel zo kan lijken en uiteraard zo voelen (daar willen we dan ook NIETS aan af doen), maar dat het eigenlijk niet kan.
En natuurlijk zouden we kunnen zeggen: je brein is óók je lichaam. Klopt als een bus. Ik stel dan wel vast dat het brein alleen werkt omdat je leeft (Mind), en de gedachten (Thought) die er eventueel in rondspoken uitsluitend worden beleefd doordat er bewustzijn (Consciousness) is. Dan volgt de vraag: houdt het brein dan een score bij? Of is het brein simpelweg ook ‘maar’ een mechanisme dat continu waarneemt, percipieert, interpreteert, vertaalt, beschrijft, projecteert, inschat en aldus verwerkt?
Geen enkele gedachte kan het lichaam omzeilen. Daar wordt alles gevoeld, dat is nu eenmaal het prachtige gevoelsvoertuig. En volgens Sydney Banks is dat lichaam het grootste, doch illusoire ‘obstakel’ voor het besef van eenheid. Maar dat betekent in mijn optiek niet dat er in het lichaam een score wordt bijgehouden of iets ligt ‘opgeslagen’ (hooguit je lasagne van gisteravond nog even of een laagje vetcellen, maar beide zijn niet permanent).
En natuurlijk; alles wat je met het lichaam doet, wordt andersom ook door het brein opgemerkt, daarom kun je ‘via’ het lichaam ook inzicht krijgen. Het staat gewoon niet los van elkaar. Sterker nog, het is één, in mijn optiek. Lichaamswerk kan daarom even heel effectief zijn. Ik hoop dan altijd wél dat de achterliggende principes voor elke ervaring worden ‘meegegeven’. Dat scheelt eindeloos terugkomen voor behandelingen en oplossingen.
Mijn alternatief voor de theorie van the body keeps the score? Op dit moment zou ik zeggen: er lijken patronen te zijn in het persoonlijke lichaam-geestsysteem. In jou, dus. In de mens. Lijken, want het is en blijft een ervaring in het nu/ hier, zo’n patroon (een perceptie, een waarneming, een interpretatie, een verhaal) en dus niet van zichzelf en op zichzelf wáár. Bovendien: alles beweegt, alles stroomt, alles is vloeibaar en waarom zou dat vastgelegd moeten worden in een concept als ‘patroon’ of ‘score’? Wie wil dat (ik soms) en waarom? Kunnen we niet zonder theorie of houvast voelen en zijn?
*Als we daar op af willen en kunnen gaan. Want als het goed is verandert wetenschap voortdurend. In tegenstelling tot principes die ten grondslag liggen aan de verschillende takken van wetenschap. Die zijn onveranderlijk.