Toen er een tijdje geleden naar mij werd uitgesproken: “we zijn op zoek naar een tool, niet naar een inzichtmodel als de 3 principes” dacht ik, hoewel ik dat VOLKOMEN begreep en het niet vervelend vond: ‘het lijkt mij helemaal niet zo fijn om met gereedschap bewerkt te worden. Als mens die misschien even de weg kwijt lijkt te zijn. Die DENKT verdwaald te zijn in angst of controle en dat dus ook zo voelt. Doe mij maar liefde en compassie. En helderheid over wat die angst en controle IS’.
Er kwam iets in me op waar ik zelf nogal om moest lachen. Omdat het in de richting ging van: wat je zegt ben je zelf. Of: wat je zoekt ben je zelf. Of: wat je ziet ben je zelf. In dit geval: als je denkt dat er iemand (geestelijke) hulp nodig heeft, heb je zelf (geestelijke) hulp nodig.
Mijmerend over het woord ‘hulpverlening’ kan ik zien dat er veel integere mensen zijn die graag hulp willen verlenen. Die de wens hebben om anderen de weg te wijzen naar herstel van de geestelijke balans. Prachtig natuurlijk. Zo menselijk en lief ook. Echter, met dat verlangen ziet men (naar mijn onbescheiden mening hè?!) iets essentieels over het hoofd.
Ten eerste wordt er een onderscheid gemaakt waar er niet werkelijk eentje is: tussen de hulpverlener en de hulpvrager, oftewel tussen jou en mij. Daarmee worden de waargenomen problemen direct persoonlijk. Toegekend aan één van de twee partijen: jij hebt een probleem en ik ga je helpen, is dan het uitgangspunt.
Vervolgens, en dat is dus het tweede aspect van deze ‘vergissing’, worden er aan de hulpverlenerskant allerlei ’tools’ ingezet om de medemens van het waargenomen probleem af te helpen. Ik geef even het voorbeeld van anorexia, een beweging van angst en controle. De ‘hulpverlening’ zet hier vaak EXACT HETZELFDE middel tegenover. Angst en controle. (Hup, eten, anders ga je dood hoor, of er komt onherstelbare schade! En ik controleer jou en je gewicht of je doet wat ik zeg. Doe je dat niet, dan geven we je dwangvoeding. Of: ik durf hier NIET de verantwoording voor nemen!).
Dat is een beetje gek toch? Mijn alternatief: kun je
1. zien dat het ‘probleem’ niet persoonlijk is? Maar een universeel misverstand over de aard van de menselijke ervaring? Dat er geen onderscheid is tussen mensen, in dit geval tussen ‘hulpverlener’ en ‘hulpvrager’?
2. realiseren dat angst en controle simpelweg gedachte-/gevoels-/energiepatronen in het geheel zijn? Kan dat helder worden en dan oplossen? Al is het maar ‘aan één kant’ (er is in werkelijkheid namelijk geen kant)? En
3. hieruit vloeit ook voort dat er geen gereedschap nodig is.
Een variant op deze dynamiek is ‘opvoeding’. Daar kan het ook gebeuren dat ouders (in alle onschuld, ervan uitgaand dat ZIJ het weten en het kind niet) steeds opnieuw een hulpvraag horen van hun nageslacht. En ‘dus’ keer op keer, en met de beste bedoelingen, advies of wijze woorden verstrekken, terwijl het kind simpelweg iets deelt. Ergens uiting aan geeft. Zou het niet mooi zijn om daar gewoon naar te luisteren? Er voor het kind te ZIJN, in plaats van proberen het kind te sturen, te fiksen of te adviseren? Zonder er een tool op los te laten?
Voor mij is dat dan ook communicatie vanuit inzicht in de 3 principes: voorbij de dynamiek van hulpverlener en hulpvrager, voorbij de interacties als therapeut en patiënt of het idee van coach en coachee, eenvoudigweg elkaar ontmoeten als twee gelijkwaardige mensen. Het gereedschap blijft thuis. Waarbij aanvankelijk (?) wellicht de één ruimte of een luisterend oor biedt aan de ander om gedachten en gevoelens vrij door te laten stromen. Of waarbij de één de ander vriendelijk uitnodigt tot een gezamenlijke kijkrichting (in de 3 principes: begrijpen hoe de menselijke ervaring werkt en beseffen wat je in wezen bent).
Ik mijmer in dit kader: wie denkt dat de ander (psychologische!) hulp nodig heeft, heeft zelf ‘hulp nodig’. En uiteindelijk is dit ook niet waar natuurlijk, want niemand heeft hulp nodig (hooguit praktisch). Tegelijkertijd zijn sommige realisaties of inzichten wel bijzonder prettig voor je systeem. Weten hoe het werkt is de sleutel. Je realiseren wat je in wezen bent is fundamenteel. Ben je daar nieuwsgierig naar? Dan kunnen we daar gewoon samen, als gelijkwaardige mensen, vanuit liefde en met compassie, over praten.
Je bent welkom.