Het lijkt vaak of we bang zijn dat er in een toekomstig moment (maar ook wel nu) iets kan gebeuren wat we niet willen. Zo ben ik ook opgevoed. Met ‘wacht maar tot’…En dan moest ik kennelijk wachten tot er iets gebeurde wat ik, of wat men, niet wilde. Eng hoor.
Zondag zat ik op de fiets en kwam de gedachte op: we zijn helemaal niet bang dat er iets gebeurt wat we niet willen; we zijn bang dat we niet willen wat er gebeurt. (Lees dat nog een keer.) Want ‘niet-willen’ voelt naar. Dat voelt als een kramp, als weerstand, als irritatie, als schrik, als stress, als druk.
Als je gelooft dat je bang bent voor de gebeurtenis (dat is outside-in, en zo werkt het gewoon niet), treedt er volautomatisch een controlemechanisme in werking: je doet of laat van alles om te voorkomen dat wat je zo vreest gebeurt. Met of zonder ‘succes’ (want controle bestaat niet en het succes betekent dan dat je wilt wat er gebeurt).
Hopeloos natuurlijk, want wat er kan gebeuren is eindeloos en dat kun je niet allemaal voorspellen en voorkomen of afwenden of vermijden. En zelfs contraproductief, want je ervaart nu al wat je gelooft te vrezen.
Zie je dat het andersom werkt (inside-out), dan heb je ‘alleen nog maar’ te maken met het willen of niet-willen. En wat is dat eigenlijk? Willen of niet-willen zijn niet-zo-neutrale (persoonlijke) gedachten over een neutrale (onpersoonlijke) gebeurtenis.
En uiteindelijk….gebeurt er eigenlijk Niets. Is ALLES een volkomen neutrale beweging van/in Mind. Waar de ‘persoonlijke mind’ of gedachten iets van maken, en dat ‘iets’ vervolgens kan willen (yay!) of niet willen (blèh). Thought creates a world and then says ‘I want this, or ‘I don’t want this’. Grappig hè?
We zijn bang dat we niet willen wat er gebeurt. Bang voor onze ‘eigen'(?) ‘vrije wil’ (?). Ha!
Afbeelding van PublicDomainPictures via Pixabay