Ik luisterde, met een interval van vele jaren en volkomen ongerelateerd, naar twee verhalen van twee vrouwen. De anekdotes leken in beide gevallen over iets fysieks te gaan, maar ik zag een parallel met de emotionele beleving van de mens.
De eerste vrouw lag vanwege rugproblemen op een massagetafel. De therapeut prikte ergens op een plek die zij als ‘zeer gevoelig’ had aangemerkt. De vrouw vermande zich en gaf geen krimp. ‘Het zal wel bij de behandeling horen’ dacht ze. “Doet dit geen pijn?” informeerde de behandelaar verbaasd. Hij vond het onnatuurlijk dat er geen reactie kwam.
De tweede vrouw had fysieke pijn aan haar enkel en bezocht een fysiotherapeut die voorzichtig iets met haar voet deed wat een pijnscheut opleverde. Deze vrouw reageerde met een harde gil en een snel terugtrekken van haar ledemaat. “Reageer je altijd zo heftig?” wilde de fysio weten. Hij vroeg zich af wat hij verkeerd of te hard had gedaan.
Bij het aanhoren van het tweede verhaal ging mij een lichtje op; ik zag voor beide gevallen een parallel met wat we als mensen doen wanneer we niet weten dat gevoelens een één-op-één weergave zijn van onze gedachten in dat moment. Een pijnlijk gevoel wordt dan niet herkend als een heel handig teken van ons systeem dat we ons wegdenken van welzijn en liefde. En als die perfecte werking van het systeem niet wordt (h)erkend, zien we soms dat mensen zich moedig vermannen en de pijnlijke gevoelens negeren, zoals de vrouw uit het eerste verhaal. Of ze reageren juist heel heftig op die gevoelens met (figuurlijk) gillen zoals de vrouw uit het tweede verhaal.
Beide tactieken zijn niet handig en onnodig. Pijnlijke gevoelens negeren is niet slim: ze vertellen je immers dat je jezelf in een knoop denkt. ‘Hysterisch’ reageren op pijnlijke gevoelens is ook overbodig: wetend wat ze zijn, keer je simpelweg vanzelf terug naar huis. Naar je essentie waar welzijn en liefde leeft.