Sla een willekeurig zelfhulpboek, wetenschapsartikel of krantenbericht open, en je herkent al snel de volgende denklijn:

  • Bij (psychische) problemen: als X gebeurt, moet je Z doen of laten om tot Y te komen.
  • Als je doelen wilt halen: als je Z doet of laat, behaal je X.
  • Bij onderzoeken naar oorzaken: als een groep veel X ervaart, dan komt dat door Z.

Het gevolg van deze denklijnen is dat we nogal druk zijn met ‘doen’. Als je bijvoorbeeld angst ervaart moet je druk zijn met ademhalingsoefeningen, het omdenken van je gedachten, slikken van medicijnen, boeken lezen, etc. Wil je een betere leidinggevende zijn? Volg dan gewoon de zeven gewoonten van zeer effectieve persoonlijkheden, laat je coachen door paarden en ezels, duik de zweethut in met Sjamanen en behaal je green mean lean six sigma belt en NLP practioner diploma. En voel je je depressief? Dan komt dat doordat je rookt. Want in de psychiatrie roken veel meer mensen dan buiten de controlegroep. Of omdat je slecht eet. Of te weinig sport. Of iets met genen. Nee wacht, het komt door te weinig slaap. Nee, door je familielijn. De drukte. Etcetera, etcetera. De lijst is eindeloos en wetenschappers buitelen over elkaar heen. Dat ze het antwoord niet hebben is echter overduidelijk: er zijn nog nooit zoveel mensen depressief en burn out geweest.

Pubers
Dat al dit doen en gezoek nergens toe leidt, is meestal goed zichtbaar bij pubers. Wie heeft als puber bijvoorbeeld niet gedacht dat als je dat ene kledingstuk, kapsel of gadget had, dat je er dan eindelijk bij zou horen? Of, als je het niet in het materiele zocht: dat je, als je net zo opstandig, fleurig of boos als die persoon of dat groepje was, je dan eindelijk ook ehm. Tja.. Wat dacht je eigenlijk? Wat hoopte je dat er zou gebeuren? Waarschijnlijk iets in de trant van goed genoeg of cool zijn, ontspanning ervaren. Dat soort dingen. Maar leidde al dit gedoe daar uiteindelijk ook toe? Bij mij in elk geval niet. Zo herinner ik mij bijvoorbeeld dat ik een tijdje gabber wilde zijn. Een fascinerend verschijnsel was dat. Als je een enorm lelijk trainingspak en gek opgeschoren kapsel nam, was je er een. Toen ik dat allemaal had, voelde ik mij diep vanbinnen alleen maar belachelijk. Van buiten was ik nu echter iets. Waarschijnlijk zagen alle oudere mensen in mijn omgeving de ‘transformatie’ naar gabber met een mix van compassie en leedvermaak aan. “Hij trekt wel weer bij – dit soort fratsen hebben pubers nu eenmaal”. Maar nu komt het vreemde: zodra een volwassen persoon bedenkt dat hij pas goed genoeg is als hij meer verdient, de juiste kleding draagt, onder de zoveel kilo weegt, minimaal zes marathons per jaar rent, de kamasutra uit het hoofd kent, er een Zeer Belangrijke politieke mening op nahoudt en altijd klaar moet staan voor iedereen, vinden we dit ineens doornormaal. Net als bij pubers, ‘werkt’ het echter niet. Aan de buitenkant lijkt het misschien iets, maar van diep vanbinnen weten we dat we er niets mee opschieten.

Subtieler
Zodra mensen zich beseffen dat al het doen nergens toe leidt, betreden ze vaak een subtieler pad van ‘doen’. Mindfullness en meditatie zijn daar zeer bekende uitingen van. Het wordt gepresenteerd als een vorm van niets doen, maar veel mensen verdwalen hopeloos in een zoektocht naar de juiste techniek, leraar, ritme etc. Vervolgens worden ze spiritueel. En dan kan je echt lachen. Want voordat ze het zelf weten, liggen ze wekelijks te janken op een schapenvacht, raken ze verslaafd aan youtube filmpjes van zelfbenoemde goeroes, vertrekken ze naar de jungle om Ayahuasca te drinken en veranderen ze hun naam in iets dat klinkt als een combinatie van een Nepalese Sherpa en een Hindoestaanse godin. Of ze gaan heel doelbewust kwetsbaar zitten zijn. Uitspreken wat ze voelen als er iets gebeurt. “Mijn innerlijk kind voelt zich gekwetst als jij de afwas niet doet, en als dat gebeurt, dan krijg ik er behoefte aan dat jij mij minstens een half uur vasthoudt en lieve woordjes toefluistert”. Hoewel al deze technieken soms even lijken te werken, en er mooie ervaringen zijn, hoor je bij deze mensen vaak toch ook een hulpeloze kreet in de trant van: “wat kan ik doen om rust te vinden, van mijn angst af te komen” etc. Ofwel: al die dingen die ze doen helpen soms wel iets, maar ‘ze zijn er” naar eigen zeggen “nog niet’

Achterstevoren
Alle mensen die zo druk zijn met ‘doen’, kijken achterstevoren. Ze denken dat ze niet goed genoeg zijn – dat rust, liefde en vreugde niet al in hun zitten – en dat ze daarom dus iets moeten doen om dit te vinden. Maar laten we eens eerlijk zijn. Heeft dit doen bij iemand ooit duurzame rust, geluk, liefde, vreugde etc. opgeleverd? Gaf die nieuwe auto, baan, partner of meditatie je echt een blijvend blij gevoel? Nee. Maar wat moeten we dan!? Het antwoord daarop is verrassend simpel. We moeten en hoeven niets. Lees deze zin gerust nog een keer. We moeten en hoeven niets.  We zijn namelijk allang goed zoals we zijn. Onze natuur is zoals die van kleine kinderen: speels, creatief, open, blij en ontspannen. Deze staat kan echter (tijdelijk) bedolven worden onder gedachten. Bijvoorbeeld de gedachte dat je, zolang geen partner hebt of onder de 60 kilo weegt, niet goed genoeg bent. Die gedachte komt ‘volgordelijk’ gezien echter na onze ware natuur. Als we daarbovenop vervolgens allemaal dingen gaan bedenken en doen om weer goed genoeg te zijn, raken we alleen maar verder van die natuur verwijderd. Je denkt dan achterstevoren – precies de verkeerde kant op.

Achterstevoren denken: Wat je bent -> gedachte -> iets doen -> nog meer gedachten

Hoe dan!!!!?
Dit is het punt waarop je als lezer misschien gefrustreerd gaat afhaken. Want als ik de verkeerde kant op denk en doe, wat moet ik dan doen om de juiste kant op te gaan? Wat kan ik doen om te stoppen met doen? De sleutel ligt niet in doen, maar in begrijpen hoe dit werkt. Op het moment dat je echt inziet dat het opzeggen van affirmaties of het omdenken van gedachten je alleen maar verder van huis brengt, dan wordt het steeds logischer voor je om er gewoon mee te stoppen. Want waarom al die moeite doen als je al goed bent? Maar wat dan als ik mij angstig of depressief voel!? Ook hiervoor geldt weer: alles wat je hier aan wilt doen, leidt je alleen maar verder weg van wie je echt bent. Probeer zelfs niet om het bewust ‘uit te zitten’. Dat is hetzelfde als denken dat de donkere onweerswolk sneller weggaat als jij passief op de bank gaat zitten. Waarmee ik overigens dus niet bedoel dat je dan maar bewust wel iets moet gaan doen. Het gaat erom dat de zon uiteindelijk altijd toch wel weer tevoorschijn komt. Zelfs de meest depressieve mensen hebben, meestal zonder dat ze het bewust doorhebben, momentjes dat ze moeten lachen en zich ontspannen voelen. Maar als ze vervolgens direct weer denken: “wat kan ik doen om van mijn depressie af te komen”, houden ze deze per ongeluk (met de nadruk op per ongeluk!) alleen maar in stand. Kortom: alles wat we doen om ergens van af te komen of om juist ontspannen te raken, verlamt ons alleen maar. Kijk in vervolg eens naar wat er in je opkomt als je ophoudt met je activiteiten om ergens van af te komen of ontspanning te bereiken. Misschien bel je spontaan een vriend, ga je sporten of doe je een dutje. Het maakt allemaal niet uit. Want goed, dat ben je toch al. De donkere bui trekt vanzelf wel weer over.

Dit artikel is geschreven door gastschrijver Wouter. Hij is duurzaamheidsadviseur en heeft bij Shift Academy Kraak de Code Coaching gedaan. Met dit blogartikel deelt Wouter zijn inzicht in de 3 Principes.

Wouter Dijk

Share This