“En jij zei dat de overgang niet bestaat!” schatert ze, en beschrijft een paar ervaringen die je ZOU kunnen ophangen aan het containerbegrip ‘overgang’. Voor mij is deze uitspraak een prachtige gelegenheid om dit blogje te schrijven en opnieuw, met een verse metafoor, uit te leggen hoe containerbegrippen, door ons meestal concepten genoemd, niet van zichzelf bestaan. Het is ‘gewoon’ hoe de mens ervaringen verzamelt, sorteert, bundelt en benoemt. En soms kan dat, voor de communicatie, handig lijken. Een shortcut inhouden.

Zoals ik mijn rechterhand ‘mijn rechterhand’ noem. Bijvoorbeeld in een praktische uitleg over hoe je een golfclub vasthoudt: de linkerhand boven, de rechterhand onder. Als je tenminste rechtshandig bent. Maar in werkelijkheid is wat ik ‘mijn rechterhand’ noem een energetisch patroon (zou je kunnen zeggen). Dat weliswaar waargenomen en benoemd kan worden als ‘mijn rechterhand’, maar dat is niet wat het WEZENlijk is. In werkelijkheid is het een verzameling processen (zou je kunnen zeggen). En nu ik dit schrijf denk ik: ook rechtshandig zijn is trouwens al een containerbegrip. Ik schrijf dan wel met die hand, maar als je mij een pot ziet openmaken, noem je me misschien wel linkshandig. En wat doet het ertoe? Het is hooguit handig (haha) als shortcut in de communicatie. Maar het zegt (of: je zegt!) dus eigenlijk niks.

Zo geldt dat ook voor dat containerbegrip ‘overgang’. Er worden hiervoor een aantal bewegingen of processen verzameld, gesorteerd, gebundeld en dan benoemd. Maar het bestaat niet werkelijk. En je zult je misschien afvragen: waarom zeurt ze hier toch over? Wat is dit voor gemiereneuk? Wat maakt het uit? Het is toch makkelijk om zo’n containerbegrip te hanteren? Dan weten we toch waar we het over hebben?

Maar dat is nu juist de crux. Dat weten we niet. Dat lijkt maar zo. EN: het maakt het leven en die bewegingen vast lijkend, waar het in wezen ultiem vloeibaar is. We borduren voort op zo’n containerbegrip ‘overgang’ alsof het van zichzelf bestaat. We hangen er steeds verschillende, en steeds meer, ervaringen aan op. We gaan vergelijken en verhalen vertellen. We zoeken kennis en informatie die uit andermans eerdere ervaringen zijn gedestilleerd, alsof die voor jou nu ook gelden. Misschien vindt er identificatie plaats (ik ben een vrouw in de overgang). En dat allemaal bij elkaar is vaak het startsein van lijden en bestrijden (en die twee dingen zijn eigenlijk synoniem, bedenk ik).

Je van zichzelf lege (uiterst creatieve) geest of psyche wordt zo gevuld met containerbegrippen. Je geest of psyche verandert als het ware in een log containerbegrip-schip, dat traag vaart op oude en andermans kennis (in plaats van je wijsheid in het moment).

Mijn ‘alternatief’ is even eenvoudig als eenduidig en geldt voor álle ervaringen: word je bewust van het feit dat elk moment een totaal nieuwe ervaring is (en ja, die kan eruit zien of voelen als een hittegolf door het lichaam). Dat is het. Op deze ‘manier’ laat je het vrij. Zo blijft alles (inclusief het containerbegrip dat je ‘ik’ noemt), open en onbenoemd. Dan wordt de pure potentie voor een frisse ervaring blootgelegd en kan de oneindige intelligentie die je in essentie bent het ‘werk’* doen, in plaats van je intellect.

*EN dat is geen werk, want alles (wat vorm heeft aangenomen) stroomt vanZelf.

Share This