Laatst werd mij gevraagd of kennis van die 3 principes nu voor iedereen ‘geschikt’ is. Om uitgelegd te krijgen en om de werking ervan te gaan (h)erkennen. Om het leven makkelijker te zien worden. Het antwoord dat opkwam was: “ja en nee”. En dat leg ik hieronder graag even uit.
Ja! Absoluut! Want: de 3 principes zijn een lekker eenvoudige uitleg van de werking van de menselijke ervaring. Van het psychologische en het persoonlijke. En omdat ieder mens nu eenmaal ervaringen beleeft, van welke aard dan ook, kan ook iedereen baat hebben bij een beetje inzicht in het mechanisme van totstandkoming van die ervaringen. Waar elke ervaring uit bestaat. Of, anders gezegd, wat elke ervaring IS. Voor de intellectueel georiënteerde en de praktisch ingestelde mens. Voor jong en oud. Voor welk label er ook gegeven is en voor elke diagnose.
Zo hoef je niet langer in het duister te tasten over wat je angst is en waar die vandaan komt. Je hoeft niet langer te graven om de oorzaak te vinden van je depressie. Je hoeft je niet langer af te vragen waarom jij de dingen ziet zoals je ze ziet en waarom de ander de dingen weer anders ziet. Je hoeft niet langer te zoeken naar hoe je ‘omgaat’ met dingen omdat je snapt wat die dingen zijn en hoe die dingen vorm krijgen. Het wordt helder hoe je met je medemens relateert en compassie is logisch omdat je snapt dat voor iedereen ervaringen op dezelfde manier ontstaan.
Voor wie dat ook maar een klein beetje duidelijk wordt, kan verder of dieper kijken naar zijn of haar ware natuur. Naar het spirituele, voorbij het persoonlijke. En zien dat de vrijheid en verbinding, de liefde en het geluk waar je zo hard naar streefde altijd al je essentie is geweest. Wat een rust zit er in die realisatie!
Dus ja, als je mens bent en ervaart (check dit even; klopt je hart? haal je adem?) is kennis van de drie Principes op zijn minst prettig en potentieel levensveranderend en/of transformerend.
En aan de andere kant: nee, het is niet voor iedereen geschikt. Want het kan zomaar zijn dat je (nog) niet bereid bent om alles wat je gelooft over jezelf en de wereld op losse schroeven te zetten. Het kan zijn dat je (erg) gehecht bent aan wie je denkt te zijn, aan het verhaal wat je daarover vertelt of de kenmerken die je jezelf hebt toegedicht als persoon. Het kan zijn dat je liever (nog even) vasthoudt aan sommige of veel concepten. Het kan zijn dat je, in alle onschuld, liever blijft wijzen naar een ander, iets in de buitenwereld of ‘jezelf’. Het kan zijn dat je liever blijft analyseren en zoeken omdat je je een leven zonder zoeken niet meer voor kunt stellen of de rust die daarin zit stiekem toch niet wil. Het kan zijn dat de openheid om te kijken naar (of zelfs op te lossen in!) de stille ruimte van het Nu en het Niets (weten) op dit moment ontbreekt. Dat het te eng lijkt, of te niksig, of te eenvoudig, of te onpersoonlijk. Dat geeft natuurlijk helemaal niets; voor alles en iedereen is er een perfecte timing en daar gaan jij en ik niet (nooit!) over.
(Je kunt dan overigens nog steeds op psychologisch/persoonlijk vlak verlichting ervaren door inzicht, dus welkom ben je sowieso!).