Mijmerend over Mind en de illusie van afgescheidenheid die door het Denken wordt gecreëerd, zag ik een onvoorstelbaar stralend fel licht voor me met daarover een dikke, zwarte (denk)deken met allemaal openingen waar dat licht doorheen scheen. Eigenlijk zo’n beetje als een sterrenhemel.
Die openingen zijn uniek en steeds veranderend en er gebeurt iets interessants met het licht dat door de denkdeken heen komt: dat gelooft ineens dat het een afgescheiden lichtbundel is, net als alle andere lichtjes die het waarneemt vanuit zijn of haar ‘positie’. Zo lijkt het natuurlijk ook te zijn, terwijl het allemaal hetzelfde licht is.
Je kunt je voorstellen dat er op de momenten dat er heel veel (ik-)gedachten zijn, de opening waardoor het licht schijnt steeds kleiner wordt. Minder fel lijkt te zijn. Terwijl het licht achter de deken gewoon net zo helder en met dezelfde intensiteit blijft schijnen. Je kunt misschien ook voor je zien hoe, wanneer er minder (ik-)gedachten zijn, de opening ruimer is en het licht dat daar doorheen kan een dikke, stralende bundel wordt. Maar het is en blijft hetzelfde licht. Jij hoeft dus niet je best te doen om ‘meer te stralen’.
Want er is maar één (soort) licht, één essentie die we delen, één Mind. En we gaan de mist in wanneer we denken dat onze essentie een andere is dan die van de zware misdadiger of politicus waar we het hartgrondig mee oneens zijn. We vergissen ons als we denken een beter licht te zijn, een helderder licht of een meer speciale opening in de Denkdeken hebben.
Zou de vraag in je opkomen:”hoe zorg ik er nu voor dat er zo weinig mogelijk (ik-)gedachten zijn in elk gegeven moment?” dan kunnen wij je vertellen dat dit heel erg eenvoudig is. Je hoeft niet aan die Denkdeken te pulken om de opening groter te maken of zo. Je hoeft je ‘alleen maar’ te realiseren dat de deken illusoir is en de aard van het licht Universeel.