Persoonlijke ontwikkeling klinkt heel aanlokkelijk. Je leert van jezelf houden, jezelf goed genoeg vinden en je grenzen aangeven. Je krijgt er misschien zelfvertrouwen en een ‘positief zelfbeeld’ van. Dingen die we graag lijken te willen en waarvan we denken dat ze ons ‘verder’ kunnen brengen in deze wereld. Het idee is dat het betere prestaties oplevert of gelukkiger zijn. Ook in sommige (spirituele) stromingen is het heel populair om te benadrukken dat je een ‘gezond’ ego/ zelfbeeld nodig hebt.
Ik constateer dat juist een tegengestelde beweging alles brengt waar je uiteindelijk naar verlangt. Want wie na lang en hard ploeteren al het bovenstaande heeft bereikt, heeft heel wat te verliezen. Dat zelfbeeld en het zelfvertrouwen moeten in stand gehouden worden. Op welke manier dan ook bedacht is; met mantra’s of oefeningetjes. De grenzen dienen in de gaten gehouden en bewaakt te worden. Alsof je constant een cipier in dienst hebt. De zelfliefde dient gekoesterd te worden en de zelfzorg worden toegepast. Met speciaal daarvoor gereserveerde tijden en soms hulpmiddelen. Dat is best veel werk. En dit is waar de 3 principes een compleet andere richting op wijzen.
Met een verkenning van het idee dat alles wat vorm gekregen heeft (afgescheiden lijkt!) bestaat uit Denkzand, inclusief het idee van ‘ik’, kan ook (de noodzaak tot) dat zelfbeeld wegvallen. En daarmee het idee dat het gezond moet zijn en beschermd moet worden. Een illusie hoeft niet aan die voorwaarden te voldoen. Simpelweg omdat ‘ie niet bestaat.
En voor je nu protesteert dat dit een heel slechte beweging is, omdat je denkt dat je zonder een zorgvuldig geconstrueerd en onderhouden ‘ik’ een willoze deurmat wordt; kijk dan eens naar een pakweg anderhalf jarige. Op die leeftijd is er nog geen identificatie met een ‘ikje. Het idee is nog niet ontstaan en geloofd. Heeft het kind zelfvertrouwen nodig? Welnee, die onderzoekt de wereld zonder imaginaire beperkingen en beleeft wat er te beleven valt. Moet het zijn of haar grenzen bewaken? Welnee; het roept gewoon keihard ‘nee’ als het iets niet wil. En zelfzorg? Die kleine stort zonder zo’n theorie ook wel gewoon in slaap als het moe is, ongeacht het gezelschap, het tijdstip van de dag of de gepastheid van de locatie.
Wat in essentie niet bestaat, kan ook niet bedreigd worden. Hoeft niet kunstmatig bewaakt en onderhouden te worden. En met die realisatie kan er vrijer (natuurlijker? kinderlijker?) bewogen worden.