Bovenstaande slogan zag ik staan in het kader van het concept ‘vakantie’ en o, wat klonk het aantrekkelijk. Geen wekker, een beetje rondlummelen, doen waar je zin in hebt. Voor velen dan ook nog in een andere omgeving. Aan ’t strand of in een onbekende stad. Met misschien het toppunt van luxe (vind ik dan); het geserveerd krijgen van je eten en drinken. Er kwamen foto’s voorbij op Social media van prachtige zonsondergangen en eeuwenoude pleinen. Van tafels vol lekkers, fleurige parasols en spannende activiteiten. Mooi om te zien en van mee te genieten. Vakantie is een hot onderwerp.
Van juni tot eind augustus gonst dan ook steeds dezelfde vraag rond, in verschillende varianten. ‘Heb je vakantieplannen?’ ‘Ga je nog op vakantie?’ ‘Hoeveel dagen/weken moet je nog werken?’ ‘Ben je al op vakantie geweest of mag je nog?’ ‘Waar ga je heen of ben je heen geweest?’ ‘Hoe was het?’ Niets mis mee.
Inmiddels is die zomerperiode een beetje op z’n eind en gaan we terug naar school of aan ’t werk. Dan moet er weer van alles en mag er een hoop niet. Althans, zo wordt dat beleefd. Blijkbaar hebben we het hier zo ingericht dat de tijd (onder andere) wordt opgedeeld in vakantietijd en werktijd. En vinden we bijna allemaal dat die ene ervaring te verkiezen is boven de andere. Werk is een ervaring waar je ‘doorheen’ moet. Vakantie is een ervaring waar je van geniet. Of andersom, hè, dat kan natuurlijk ook. Afhankelijk van de voorkeur van de betreffende mens.
Maar het ‘niets moet, alles mag’ dat aan vakantie hangt (met het daaraan klevende gevoel van vrijheid) is een hardnekkig, maar illusoir idee. Want onder de oppervlakte van die leus, zit vaak een heel ander verhaal wat we onszelf (onbewust?) vertellen. Die vakantie MOET namelijk wel een beetje leuk zijn. Er MAG niet teveel ‘mis’ gaan, qua weer, autopech, natuurrampen of achterblijvers die ernstig ziek worden. Iedereen MOET wel enigszins gezellig mee doen. Het MAG niet te kort of te lang duren. Er MOETEN bijzondere dingen gedaan of gegeten worden. We MOGEN ons niet vervelen of dat MOET juist weer wel (vervelen is best hip). Het MOET allemaal goed verlopen en we MOETEN weer veilig thuis komen.
Misschien spelen deze gedachten voor jou allemaal niet, maar is er juist weerstand tegen het ‘gewone’ leven dat nu weer begint. (Leuk hè, gewoon leven in tegenstelling tot…wat? Ongewoon leven?). Waarin veel MOET en minder MAG. Je MOET vroeg op want je MAG niet te laat komen. Je MAG niet verzuimen van je werk en je MOET thuis (de vakantiewas 🙂 ) opruimen. De kinderen MOETEN in het schoolregime en er MOET wel brood op de plank komen. Natuurlijk kunnen we, ook hip en een leuke truc die ik in het verleden wel toegepast heb, onszelf ontMOETEN en concluderen of onszelf wijsmaken dat we dit allemaal gewoon WILLEN in plaats van MOETEN. Omdat we aangepast wensen te zijn of geen zin hebben in de consequenties van non-conformiteit en daar zit ook best een kern van waarheid in. Maar als we dat omdenken even laten voor wat het is (teveel moeite) en het eenvoudig houden. Gewoon omdat het kan en helder is.
Zou het dan niet zo zijn dat het MOETEN, MOGEN en WILLEN een (overbodige) denklaag is over wat er simpelweg gebeurt? Wat er in het moment ervaren wordt of te doen is? Leven is in essentie heel simpel. Het wordt gewoon geleefd (ervaren). Er zijn schijnbaar dingen te doen op verschillende momenten en verschillende plaatsen. En dat doe je of je doet het niet. Er zijn schijnbaar regels en daar houd je je aan of niet.
Begint je hoofd al weer te sputteren met ‘ja maar, ik MOET toch en je MAG toch niet?’ Leuk hè? Is het ook écht waar? Of komt er juist zo’n recalcitrant gedachtespoortje opborrelen dat roept: ‘ik MOET he-le-maal niks!’ of ‘ik MAG alles!’. Ook geinig. En een precies dezelfde (ook overbodige) beweging.
p.s. Leuk in het kader van de 3 principes: mocht je daarin horen dat je iets niet (meer) mag of juist (voortaan) moet; dan hebben we dat verkeerd gecommuniceerd of er is iets anders gehoord wat er gezegd werd)