Een zondag in oktober. Er is miscommunicatie tussen mij en mijn kersverse lief. Waardoor ik helemaal ontspoor. Of misschien kan ik beter zeggen; waardoor ik op heel veel gedachtentreinen ga zitten. Een stuk of 3 Thalys-treinen achter elkaar. De één gevuld met oud zeer, de andere met beschimmelde woede, de derde met een dosis verse onzekerheid. You name it, ik zat in al die wagons en huilde en huilde en maalde en maalde.
De trigger was miscommunicatie. Een jaar of 3 geleden had ik de man in kwestie beticht van belachelijk gedrag en waarschijnlijk meteen de stekker eruit getrokken. Want wie dacht hij wel niet dat hij was?! Om mij een beetje in het ongewisse te laten?!
Nu besefte ik me – ergens op de bodem van een van de wagons – dat deze hele dosis aan emoties getriggerd werd door de miscommunicatie. En snapte ik dat mechanisme nog veel beter toen de hele miscommunicatie aan het licht kwam en werd uitgesproken. En er werkelijk geen vuiltje, nog geen snipper meer aan de lucht was.
Want toen huilde ik nog steeds. Om andere dingen die ik er weer bij had gehaald. Mijn overleden hond is een favoriete wagon die ik terug laat keren bijvoorbeeld en zo ook die zondag. Een intens verdriet. Waarvan ik bijna geloofde dat ik er niet meer uit zou komen.
Ja, er was een trigger. En die zette een heleboel treinen in werking. Die liet al die treinen rijden met al die emoties. Die ik allemaal enorm intens voelde. En die ik allemaal helemaal zelf had bedacht.
Want in de werkelijkheid, in het hier en nu, was er niets aan de hand. Ik geloofde even in de film die mijn bewustzijn had gecreëerd met al die rondrazende treinen. Ik kon niets en niemand beschuldigen van mijn vreselijk verdrietige bui. Helemaal zelf gedaan. Zonder dan weer in de trein te stappen dat ik me natuurlijk niet had moeten laten triggeren ?. Dat gebeurt nou eenmaal. Want zoals Syd Banks zei: life is a contact sport.