Vroeger, toen mijn Zonen nog zoontjes waren, gingen we wel eens naar de dierentuin. We bleven dan vooral lang staan bij de bruine beren, omdat we die zo grappig vonden. Ik verzon hele verhalen en onderlinge conversaties bij hun blikken en bewegingen, waarmee de zoontjes en ik ons kostelijk vermaakten. Natuurlijk hadden die verhaaltjes in werkelijkheid helemaal niets te maken met wat de beren deden. Die ‘beerden’ gewoon.
Vrienden hadden een gigantisch grote en ongelooflijk lieve hond. Hij had veel verschillende blikken in zijn hondenogen en veel verschillende houdingen in zijn hondenlijf. Wij verzonnen daar graag grappige verhalen bij en vermaakten ons daar kostelijk mee. We lieten die hond allerlei dingen denken en bedenken en legden zijn gedrag naar believen uit. Terwijl hij in werkelijkheid simpelweg zat, stond, lag of liep. Hond was.
Een tijdje geleden realiseerde ik mij dat we dit ongemerkt (soms? altijd?) ook doen bij de mensen om ons heen: ons hoofd verzint hele verhalen rondom hun blikken, bewegingen en woorden. En helaas niet altijd grappige verhalen waarmee we ons kostelijk vermaken, maar verhalen cq. interpretaties waar we boos van worden of geïrriteerd van raken. Terwijl precies hetzelfde systeem in werking is: de verhaaltjes in ons hoofd hebben niets te maken met de mensen om ons heen. Die zijn gewoon wie ze zijn en doen gewoon wat ze doen en zeggen wat ze zeggen in dat moment.
(RIP Berger <3 )